Sport en spel heeft een brede betekenis. Het is namelijk geen specifieke sport maar bestaat uit losse sport en spelelementen. Hierdoor draagt het bij aan de ontwikkeling van het kind. Het is belangrijk dat een kind zich ontwikkelt in alle motorische basisvaardigheden. Wat zijn de motorische basisvaardigheden?
Spelenderwijs doen kinderen deze vaardigheden op, vaak uit eigen initiatief maar ook tijdens sport- en spelactiviteiten. Denk hierbij aan kruipen, lopen, springen en trappen, maar ook aan gooien, vallen, klimmen en klauteren.
Met sport en spel is er genoeg variatie om al deze motorische basisvaardigheden te ontwikkelen. Als het kind alleen maar voetbal speelt dan ontwikkelt hij/zij alleen maar de aan voetbal gerelateerde vaardigheden. Laat kinderen daarom zoveel mogelijk verschillende sporten uitproberen. Het is niet alleen goed voor hun motorische ontwikkeling, maar misschien ontdekken ze een nieuwe favoriete sport.
De Skills Box is een nieuwe tool die speciaal is ontwikkeld om het beweegconcept 2+1+2 in de praktijk uit te voeren. In dit concept staat 2+1+2 voor de 5 uur bewegen per week op en rondom school, de beweegrichtlijn voor jonge kinderen. Twee uur bewegingsonderwijs onder schooltijd, één uur in de vorm van pauzesport en twee uur bewegen na schooltijd bijvoorbeeld in de wijk, bij een sportvereniging of BSO.
De Skills Box is een stevige kar vol sport- en spelmaterialen die tijdens de pauzes en naschoolse activiteiten op het schoolplein gebruikt kan worden. Kinderen worden hiermee op een laagdrempelige manier gestimuleerd meer te bewegen. Om de beweegmaterialen zo effectief mogelijk te kunnen gebruiken wordt de Skills Box geleverd met leskaarten. Op deze kaarten staan spelvormen die de motorische ontwikkeling en coördinatie van kinderen verbeteren.
Apenkooien is heel bekend binnen de gymlessen. Ieder kind heeft het ooit weleens gespeeld. De gymzaal wordt vol gelegd met attributen waar de kinderen overheen kunnen lopen of klimmen, want zij mogen de grond niet aanraken. Eerst krijgen de kinderen de kans om overal een keer overheen te lopen of te klimmen. Daarna wordt er een tikker gekozen. Je bent af als je getikt wordt of als je de grond hebt aangeraakt.
Iedereen kent wel het iconische zinnetje: “Schipper mag ik overvaren, ja of nee? Moet ik dan ook geld betalen, ja of nee?” Zodra de schipper “ja” zegt mag hij/zij bepalen hoe de deelnemers naar de overkant moeten komen. Dit kan lopend, kruipend, springend of rollend. Alles mag, maar de schipper moet hetzelfde doen. Als de deelnemers de overkant proberen te bereiken moet de schipper ze af proberen te tikken. Het spel is voor bij als iedereen getikt is.
Een leuk spel waar het echt een chaos kan zijn. Iedereen gaat verspreid over het speelveld staan. De spelleider gooit een aantal trefballen het veld in en gooien maar! Iedereen probeert elkaar af te gooien totdat er maar één iemand over blijft. Je kan de regels zelf maken, maar dit zijn de standaardregels.
Ben je benieuwd wat Arnhem aanbiedt qua sport en spel ga dan naar activiteiten en kijk of er iets leuk tussen zit.
